206. Roodkapje, kind’ren u bekend

12 houtblokken met kader, niet gesigneerd, 4 rijen van 3 blokken, 57 x 81 mm., Nederlandstalige kwatrijnen.

Matige en naïeve gravure naar Hollandse houtsneden omstreeks 1820. Bovenaan als titel:

Roodkapje, kind’ren ! u bekend,
Wordt, bij vernieuwing, thans
U voorgesteld in deze prent,
Naar ’t spreukje van de ans (I, Gans).

De moeder van Roodkapje spoort haar dochter aan om naar haar oma te gaan.一 Klein roodkapje verpakt wafels.一 Laatste moederlijke aanbevelingen.一 Vertrek naar het naburige dorp. 一 Ontmoeting van de wolf.一 De wolf ondervraagt ​​Roodkapje. 一 Roodkapje jaagt op vlinders.一 De wolf verslindt de grootmoeder. 一 Roodkapje klopt op de deur van oma. 一 De wolf nodigt haar uit om naar bed te gaan.一 Grootmoeder, wat heeft u grote tanden! 一 De wolf verslindt Roodkapje.

Laten we de charmante legendes van de laatste twee houtsneden reproduceren; in de voorlaatste zit de kleine roodkapje, van ongewone grootte voor een kind, in bed en verwondert zich over de grote tanden van haar grootmoeder; in het laatste verslindt de wolf een van de armen van het ongelukkige kind, gekleed in een heel kort hemd met een riem en op de rand van het bed gegooid, bijna op de grond vallend. Hoewel de graveur, om zijn pijnlijke gelaatstrekken tot uitdrukking te willen brengen, in dit houtsnede Roodkapje van een sterke mannensnor heeft voorzien, verzet het kind zich niet.

Roodkapje, dat onnoozel wicht,
Verschrikt door Grootjes wreed gezigt :
Wat hebt gij, zegt ze in d’eigen stond,
Toch groote tanden in uw mond.

Dit is op dat ik mij met spoed
Met u als met uw Grootje voed
Met drift verscheurt hij ’t schuld’loos kind,
Als ‘t loon dat haar vertrouwen vindt.

De houtsneden van de prent zijn ruwe en enigszins gemoderniseerde kopieën, uitgevoerd te Turnhout, van die van een prent van Erve H. Rynders te Amsterdam, uitgegeven zonder serienummer of met nr. 2; de tekst van de Nederlandse afbeelding is in proza; Glenisson et fils hebben deze prent onder hetzelfde nummer uitgebracht, zoals eerder gepubliceerd door Glenisson en Van Genechten. Er zijn nog andere replica's, met name in de afbeelding van T. C. Hoffers in Rotterdam (nr. 38), J. B. Ulrich in Rotterdam (nr. 27).